Met zijn label Pan Records timmert Bernard Kleikamp al vijfenveertig jaar aan de weg in een kleine maar o zo belangrijke muzikale niche: unieke opnamen van traditionele muziek van overal ter wereld. Daarbij gaat het veelal om oude tradities die in het globaliserende medialandschap steeds verder worden gemarginaliseerd. Pan biedt ook wel een podium aan eigentijdse folkmuziek en een enkele crossover, maar de hoofdmoot van de inmiddels zo’n vierhonderd titels tellende catalogus wordt gevormd door (veld)opnamen van onversneden muzikale tradities. Onlangs verscheen een drietal cd’s met muziek uit een land waarvan voor het uiteenvallen van de Sojet-Unie vrijwel niemand had gehoord: de kleine Centaal-Aziatische republiek Tuva.
door Ton Maas (tekst en foto’s)
Geen plek op aarde ligt verder van zee, maar toch heb je er het gevoel op een eiland te zijn, zo afgelegen is de voormalige Sovjetrepubliek Tuva, tegenwoordig onderdeel van de Russische Federatie. Tuva is ongeveer zo groot als Engeland zonder Wales en telt iets meer dan 300.000 inwoners, van wie de meeste nog altijd als nomade rondtrekken over de uitgestrekte steppe. Wat het land uniek maakt, is een bijzondere zangtechniek die keelzang of boventoonzang wordt genoemd en in de eigen taal khoomei heet. Het is niet de enige plek waar deze zangkunst wordt bedreven – in Mongolië en Khakassië kunnen ze er ook wel wat van – maar nergens is de techniek zo verfijnd. De Tuvanen onderscheiden maar liefst vijf aparte stijlen, elk met hun eigen techniek.
Bij Pan verschenen onlangs drie heel verschillende albums met opnamen uit Tuva: een met historische opnamen uit de jaren zestig en zeventig, een van het geheel uit vrouwen bestaande kwartet Tyva Kyzy en een soloplaat door Choduraa Tumat, artistiek leider van Tyva Kyzy.
Tyva Kyzy – Ayalgalar (Melodies)
Van oudsher is khoomei het domein van mannen, maar tijden veranderen en ook in Tuva doorbreken vrouwen traditionele rolpatronen. Ondanks hun grote respect voor de oeroude sjamanistische traditie is de muziek van Tyva Kyzy allesbehalve museaal. Met geraffineerd ensemblespel op strijk- en tokkelinstrumenten en subtiele toevoeging van meerstemmigheid aan de zangpartijen brengen ze de oude traditie juist ‘op smaak’ voor ongeoefende oren. Bovendien worden de meest extreme vormen van khoomei – de snerpend hoge sygyt en de diep grommende kargyraa – zorgvuldig gedoseerd en afgewisseld met ballades die in minder exotische stemregisters worden vertolkt. Maar ook daarin staan liefde en ontzag voor de bezielde leefwereld van de Tuvaanse nomaden centraal. De vrouwen van Tyva Kyzy overtuigen niet alleen door hun zangtechniek en instrumentbeheersing of hun vermogen om na slechts een enkel knikje vooraf een perfect synchroon galopritme in te zetten, maar vooral door hun speelse en luchtige aanpak, die een aangenaam contrast vormt met de vaak nogal plechtstatige manier waarop hun mannelijke collega’s de Tuvaanse traditie ten tonele voeren.
Choduraa Tumat – Byzaanchy
Dit soloalbum van de artistiek leider van Tyva Kyzy is geheel gewijd aan één enkel instrument: de byzaanchy, een viersnarige knievedel. Dit eeuwenoude instrument is bespannen met snaren van paardenhaar, waar de haren van de boogvormige strijkstok tussendoor bewegen. Om de toonhoogte te veranderen worden de snaren niet ingedrukt zoals bij de viool, maar door de vinger zodanig op de hals te plaatsen dat de nagel de snaar ‘van opzij’ raakt, een beetje zoals bij de Chinese er-hu, de Turkse kemanche of de Griekse lyra. Sommige stukken zijn instrumentaal, maar op de meeste begeleidt Tumat zichzelf als zangeres.
Khunashtaar-ool Oorzhak - Alazhymny (My Alash)
Op dit album van boventoonzanger Khunashtaar-ool Oorzhak zijn de verschillende stijlen en technieken duidelijk te onderscheiden: van de hoge fluittonen van de sygyt tot aan de diep grommende kargyraa. Dit is het pure werk, zonder opsmuk, zoals het van oudsher in Tuva werd gepraktiseerd. Het waren opnamen als deze waardoor de blinde Amerikaanse blueszanger Paul Pena zo gebiologeerd raakte toen hij ze bij toeval ontdekte via zijn kortegolfradio, dat hij zich de techniek van de kargyraa besloot eigen te maken als een soort therapie om zich uit zijn depressie te bevrijden. Uiteindelijk leidde dat ertoe dat hij door zanger Kongar-ol Ondar werd uitgenodigd om deel te nemen aan de tweejaarlijkse boventoonzangwedstrijd in de Tuvaanse hoofdstad Kyzyl. Genghis Blues, de documentaire die van zijn bijzondere reis werd gemaakt, is nog altijd een absolute aanrader.