Gisteren in de Sugarfactory tijdens de ‘Kicking off ADE’ (Amsterdam Dance Event), gaf Kuenta i Tambú (KiT) een showcase. Ik weet nog goed toen ik ze voor het eerst zag op het Contrabanda Festival in 2010. Onverbiddelijk werd ik meegesleurd in die ongelooflijk stoere en sexy streetbeats met verhalen in het papiaments (kuenta) die makkelijk te volgen waren. Intussen is er veel veranderd. De basis is nog altijd een mix van de Afro-Antilliaanse tambú en Europese Dance. ‘tambutronic’ of ‘global bass’ zijn adequate labels hiervoor. Ook de sound is nog even energiek; je kunt er écht niet als een ‘jackhammer’ op staan dansen. Maar het is anders. Het is nu veel sneller, drukker en ingewikkelder...
Bubbling strak gestructureerd
De veelzijdigheid en de niet te stuiten nieuwsgierigheid van frontman en percussionist Roël Callister geven de muziek een nieuw elán door een spel van breaks, bridges en ritmische hoogstandjes. De aanwezigheid van Diamanta - die, als het moet, zo tussen het publiek gaat dansen (of het publiek klautert op het podium) - is ook een niet te onderschatten factor van verandering. Callister en Diamanta vormen een duo dat iedereen bij de les houdt. Ze MC-en meer dan er gezongen wordt en iedereen wordt opgehitst om vanaf het eerste moment mee te doen. Dynamisch en druk. Ben je net lekker aan het bubbelen dan gebeurt er weer iets anders. De tribal dance van KiT is nog altijd steengoed en héél aanstekelijk, maar nèt iets te complex om bij het grote publiek door te kunnen breken.