Titi Robin – Rebel Diwana12 mei, 2019

Buda / Xango

Geeen idee wie of wat die Diwana uit de titel is, maar rebels is dit album absoluut. Meestergitarist Titi Robin uit Frankrijk neemt hier namelijk zowaar de elektrische gitaar ter hand. En niet zo’n beetje ook! De sound waarop hij ons onthaalt, heeft niks gemeen met het gladgestreken, gepolijste idioom van, laten we zeggen, Mark Knopfler, maar alles met de vuige, bijtende toon die eind jaren zestig werd beleden door John Cippolina en Gary Duncan, de duellerende gitaristen van Quicksilver Messenger Service. En die gelijkenis lijkt niet eens toevallig, want ook Robin speelt op diverse tracks twee partijen doorelkaar heen. Titi's gebruikelijke kwartet, met bas, accordeon en percussie, mocht blijkbaar thuisblijven van de baas, want op dit album wordt hij bijgestaan door drie muzikanten die hoorbaar gepokt en gemazeld zijn in de rock, op respectievelijk drums, basgitaar en keyboards. Het woeste klankbeeld is bovendien gelardeerd met de bezwerende zang van Shuheb Hasan in het Hindi en de zowel jankende als jubelende sarangi (vedel) van Murad Ali Khan. En dat is niet alles: Robin schreef voor de meeste stukken ook teksten en vertolkt die zelf. Ik zeg met nadruk ‘vertolkt’, want zingen kan je het niet noemen. Het is een soort declamatie vanuit de diepste krochten van de keel, in een traag, slepend tempo waarbij de lettergrepen naar believen worden uitgerekt. Juist in het schemergebied tussen spraak en zang weet hij de luisteraar aan zich te kluisteren. Kippenvel bovendien als telkens weer de juichende sarangi boven het maaiveld uitstijgt. Van zowel de Franse teksten als die in het Hindi is gelukkig een Engelse vertaling bijgevoegd. En dat is zinvol, want ook tekstueel is er veel te genieten: van bespiegelingen over bruine tabak en verdwaalde geweerkogels tot aan een ode aan de grote Ali Farka Touré als die dansend herinneringen ophaalt. Een uitdagend en fascinerend album! (Ton Maas)





«« terug naar overzicht