Het 71ste Holland Festival, dat van 7 juni tot 1 juli gehouden werd op diverse locaties in Amsterdam, was niet alleen enerverend en grensverleggend, het was ook de laatste van vier edities onder leiding van artistiek directeur Ruth Mackenzie. Na afloop kon zij met trots constateren dat HF 2018 ruim 83.000 bezoekers getrokken had, met als resultaat een gemiddelde zaalbezetting van 80%. Het terugkerende thema dit jaar luidde ‘borders and boundaries’, oftewel het onderzoeken en slechten van culturele grenzen. Naast een dag- en avondvullend programma rondom het Kronos Quartet behoorden de optredens van het Gurdjieff Ensemble en het Marokkaanse Ensemble Rhoum El Bakkali tot de uitschieters. Een terugblik.
door Bas Springer
Het publiek kon steeds via een stemkaart en de Holland Festival App cijfers geven aan bezochte voorstellingen. De Kronos Sessies met het Malinese Trio Da Kali was een van de VPRO publieksfavorieten. Verder vielen Trojan Women van de National Changgeuk Company of Korea en Romeinse Tragedies van Toneelgroep Amsterdam zeer in de smaak. Andere favorieten waren Written On Skin van George Benjamin met het Mahler Chamber Orchestra, JR van FC Bergman en Neues Stück 1 – Seit sie van Tanztheater Wuppertal met Dimitris Papaioannou.
Kronos Quartet
Op 17 juni waren tussen een uur ‘s middags en half elf ‘s avonds waren alle oren en ogen gericht op het wereldvermaarde Kronos Quartet uit New York, dat het middelpunt vormde van een heus minifestival in Muziegebouw aan 't IJ en het Bimhuis. In het programmaboekje en op de website werd het Kronos kwartet omschreven als 'een van de meest nieuwsgierige en reislustige strijkkwartetten ter wereld' en daar bleek geen woord te veel mee gezegd. Met concerten, films, openbare masterclasses en veel van de muziek waarmee het zich sinds de oprichting in 1973 ontwikkeld heeft tot een van de meest vooraanstaande hedendaagse strijkkwartetten, onderstreepte Kronos zijn naam als grensverleggend kwartet
Trio Da Kali
Naast een muzikale ontmoeting met de formidabele Iranese zangeres Mahsa Vahdat, de Amerikaanse multi-instrumentalist Jherek Bischoff en de Vietnamees-Amerikaanse muzikante Vân-Ánh Võ speelde het Nederlandse Ragazze Quartet zijn favoriete Kronosklassiekers. Maar het absolute hoogtepunt vond ’s avonds plaats in het uitverkochte Muziekgebouw, waar het Malinese Trio Da Kali en het Kronos Quartet gezamenlijk aantraden. Vooraf waren de verwachtingen al hoog gespannen, aangewakkerd door de opgewonden publiciteit rondom Ladilikan, het debuutalbum van Trio Da Kali, dat door de medewerkers van MixedWorldMusic.com werd verkozen tot beste album van 2017. Zelf koesterde ik juist enige reserve, omdat ik de inbreng van het Kronos Quartet op dit album af en toe te overheersend vind en afleidt waar het mijns insziens werkelijk om gaat, namelijk de traditionele muziek van Mali.
Hawa Kasse Mady Diabaté
Tot mijn opluchting stelde het kwartet zich echter zeer dienend op en pakte de combinatie van traditionele Malinese muziek met de strijkers een stuk beter uit dan op het alom geprezen album. Dat Hawa Kasse Mady Diabaté een formidabele zangeres is, konden we dit voorjaar al vaststellen bij haar optreden in de X te Leiden, maar wat ze zondagavond 17 juni in het Muziekgebouw liet horen, zal mij nog zeer lang heugen. Wat een stem en wat een bezieling etaleerde deze diva, die momenteel op afstand de beste zangeres van Mali is. Ze werd voortreffelijk bijgestaan door Fodé Lassana Diabaté op balafon en Mamadou Kouyaté op de bas-ngoni, plus natuurlijk het opvallend gedienstige Kronos Quartet. Het piekmoment van de avond - en wat mij betreft gelijk ook dat van het Holland Festival 2018 als geheel - was haar door merg en been gaande vertolking van Mahalia Jacksons God Shall Wipe All Tears Away, een gospel die zo intens en indringend gezongen werd dat de tranen letterlijk over mijn wangen biggelden. Mijn god, wat was dit mooi!
Spirituele hadra
Een paar dagen later trad het louter uit Marokkaanse vrouwen bestaande Ensemble Rhoum El Bakkali uit Chefchaouen aan in De Meervaart in Amsterdam-Osdorp. Chefchaouen, gelegen in het Marokkaanse Rifgebergte, is vooral bekend als het ‘blauwe stadje’ vanwege de kleur van de huizen. Het ensemble heeft zich gespecialiseerd in de traditie van de hadra, spirituele, aan het soefisme verwante gezangen in soms naar extase neigende rituelen. Het concert in De Meervaart had een bijzonder karakter omdat het maar zelden voorkomt dat een dergelijk ensemble in Nederlands optreedt. De hypnotiserende hadramuziek werd vooral a capella gezongen, met spaarzame begeleiding van een paar percussie-instrumenten. Hoewel de dames er prachtig uitzagen in hun traditionele kledij en de vertolkingen intens en puur klonken, verslapte mijn aandacht halverwege het concert, mede doordat het me ontging waar de liedjes over gingen, anders dan dat ‘Allah’ veelvuldig werd geprezen. Een volgende keer graag een toelichting met vertalingen uitdelen aan het publiek.
Spirituele zitting
Op 23 juni trad het ensemble Rhoum El Bakkali opnieuw aan, nu tijdens de Holland Proms in het Concertgebouw, begeleid door het Amsterdams Andalusisch Orkest en Orchestre Temsamani uit Tétouan. Het werd een zeldzaam mooie vertoning: de zangeressen van het hadrakoor uit Chefchaouen stonden in Jalasat Rouhiya (‘spirituele zitting’) op het podium met de mannen en vrouwen van het Amsterdams Andalusisch Orkest en Orchestre Temsamani. Samen vertolkten ze nieuwe muziek, die gebaseerd is op het Arabo-Andalusische repertoire en de van oudsher exclusief aan vrouwen voorbehouden hadratraditie. Een aantal liederen herkende ik nog van de voorstelling in De Meervaart, maar dit keer maakten de vertolkingen veel meer indruk. Op een gegeven moment kon ik mijn oren zelfs niet geloven, zo mooi waren de melodieën.
Modulaire synthesizers
Van een geheel andere orde was de performance van de Nederlands-Engelse geluidskunstenaar Colin Benders, beter bekend als Kyteman. In de Kleine Zaal van het Concertgebouw was Benders bezield in de weer met zijn Electro Symphonic Orchestra, dat enkel bestaat uit modulaire synthesizers, elk met een eigen sound en een eigen luidspreker. De maar liefst negen uur durende voorstelling resulteerde in uitermate fascinerende klanken, ergens halverwege elektro-symfonische muziek en verstilde meditatie.
Gurdjieff Ensemble
Op 22 juni viel nóg een bijzondere muzikale ontmoeting te noteren: die tussen het Gurdjieff Ensemble onder leiding van Levon Eskenian en Hewar, een kwartet gevormd door Syrische asielzoekers, bestaande uit Kinan Azmeh (klarinet), Jasser Hai-Youssef (viool, viola d’amore), Kinan Abou Afach (zang) and Dimo Orsho (zang). Het Armeense Gurdjieff Ensemble (voorheen Gurdjieff Folk Instruments Ensemble) werd in 2008 opgericht met als doel het reconstrueren van muziek uit de orale Armeense traditie die met de genocide van 1915 verloren is gegaan. Het ensemble ging daarmee op tournee en bracht ze in 2011 uit op cd, waarmee diverse prijzen in de wacht werden gespeelt. In Nederland ontvingen ze er een Edison voor in de categorie wereldmuziek. Het Gurjieff Ensemble maakte al grote indruk op het Holland Festival in 2015. Het Syrische ensemble Hewar mengt Arabische muziek met jazz en westerse klassieke muziek. Samen speelden de ensembles twee nieuwe stukken: een van Tigran Mansurian uit Armenië, en een van Kharej AlSerb van Issam Rafea uit Syrië. Daarnaast werden ook door Levon Eskenian gearrangeerde werken van de Armeense componisten George Gurdjieff en Komitas Vardapet gespeeld en muziek van Hewar. Het twee durende concert klonk in eerste instantie nogal statig en streng in de leer, maar gaandeweg de voorstelling kwam er meer ruimte voor ritme en improvisatie, wat de levendigheid zeker ten goede kwam. Hoogtepunt van de avond was Gorani-Tamazara, een Armeens lied uit Aleppo. Het razend enthousiaste publiek werd op zijn wenken bedient met twee toegiften.
Voortuitblik
In de aanloop naar het Holland Festival van 2019 vindt een verandering plaats in de organisatie. Naast algemeen directeur Annet Lekkerkerker zullen steeds een of twee kunstenaars worden aangesteld als associate artists. Van elk van beide wordt nieuw werk gepresenteerd en een deel van het festivalprogramma zal in samenspraak met hen worden samengesteld. Voor de komende editie is de keuze gevallen op choreograaf Faustin Linyekula (Congo, 1974) en beeldend kunstenaar en theatermaker William Kentridge (Zuid Afrika, 1955).